Op woensdag 26 februari presenteren we nY #20 in het Gentse Poëziecentrum. Net zoals het nummer wordt het een avond vol met poëzie onder de noemer ‘Stem’.

Het uitgangspunt van de jongste aflevering was een citaat van dichter-essayist Hans Groenewegen (1956-2013), die als criticus niet over jonge dichters schreef omdat hij hen niet in de rede wilde vallen. Dat idee boeit: heeft een dichter tijd nodig om zijn of haar eigen stem te vinden – en wat moge dat zijn, een ‘eigen stem’. Is dichten niet juist het verzamelen van zinnen, flarden, taal?

Aan tien dichters van hooguit vier bundels vroegen we zichzelf vanuit deze vraag in de rede te vallen. Ze antwoordden met nieuw scheppend werk en reflectie. Een vijftal poëzie-essayisten bezagen de kwestie met een kritisch oog.

De avond in het Poëziecentrum voegt aan deze kwestie een fysieke dimensie toe: zodra dichters voor de zaal staan en hun gedichten lezen, is de ‘dichterlijke stem’ niet langer een metafoor. De inleiding verzorgt redacteur en samensteller van het nummer Johan Sonnenschein, poëzie is er van en met, deels in immateriële verschijningsvorm:

Arnoud van Adrichem (NL)
Jan-Willem Anker (NL)
Geert Buelens (BE)
Hélène Gelèns (NL)
Frank Keizer (NL)
Xavier Roelens (BE)
Jeroen Theunissen (BE)
Tom Van de Voorde (BE)
Bruno De Wachter (BE)

Na afloop smeren we kelen.

Locatie:
Poëziecentrum
Vrijdagmarkt 36
9000 Gent

Aanvang: 20u

Entree: gratis