Een vierde Untimely Meditation door schrijver Pol Hoste.
Hoe komt het dat er zieke mensen zijn? Zorgen ze niet voor hun gezondheid? En dat er mensen zijn die zich ongelukkig voelen? Is het omdat ze niet weten wat geluk is? Waarom zijn er arme mensen? Is het omdat ze geen geld hebben? Ik zou daar toch eens iets willen over zeggen.
Toen ik drie jaar was kende ik mijn moeder en mijn vader. Toen ik zes jaar was wist ik in de omgeving alle vogels wonen: vinken, merels, spreeuwen, mussen, mezen. Ik vond dat heerlijk. Toen ik negen jaar was begon ik boekjes te lezen over vriendschap. Toen ik dertien jaar was kwamen daar al eens andere boekjes bij en misschien ook één keer de Playboy. Toen ik zestien was, wist ik alle mooie meisjes in de buurt wonen. Toen ik achttien was kostte het me een paar jaar vooraleer ik één van hen te pakken kreeg, niet plat kreeg, te pakken kreeg. Ik begrijp niet hoe het komt dat er mensen zijn die geen geld hebben, maar goed, het bestaat, ik weet het. We wonen in een mooi huis, dat is ook zo. We hebben dat aangenaam ingericht en wij hebben de liefste kleinkinderen van de hele wereld. Ik wil maar zeggen dat het ook zo kan. Zonder een getormenteerde jeugd, zonder een problematisch bestaan. Men denkt soms dat het niet bestaat, maar ik kan u zeggen dat het bestaat. Meer heb ik daarover niet te zeggen.