Vertaling van ‘Le mec éclairé’, een dadagedicht van Paul Joostens uit Salopes. Le quart d’heure de rage ou Soleil sans chapeau (éd. Ça ira, 1922), door Piet Joostens vertaald voor nY #1, kwestie ‘Vlaams hotelwezen’ (2009). Online geplaatst n.a.v. de opening van de tentoonstelling ‘Cinema Joostens‘ in Mu.ZEE (Oostende).
Cinema Goedenavond.
De straat op, Gij allemaal. De stad, dat zijn blote katakomben. Over de ganse
xxxxlengte vriest het dat het huizen kraakt.
Dinamo’s op de rail ronkt van vreugd een pure vonk een ventje waakt en raakt
xxxxverlicht, ginder kibbelen kippetjes al op hun kop.
Geloofd zij de zeer onnoemelike verlichte Vent onder prima kerels.
Van harte verkondig ik u de hipostaze – Sofie in ’t land van Jéramie – Encore
xxxxen vie –
Hij lacht, ingeseind door de chasseur van de Savigny. Zijn naam François,
xxxxin ’t Olifanties Suske godverdekke, Serafijnenvlam.
De gloriedag breekt weldra aan –
Wit vuuroffer dat een bloemenkrans al over zijn boekethart spreidt.
Geestelike kus gewisseld. De pastoor verguld: Te Deum.
De eerste ketterij is het gillettemesje.
De trompet weegt in de weegschaal. In die verdoemde loge is de familie goed
xxxxgeplaatst. Fonk’lende medalje.
Verandert onze vermoedens in zeker weten.
Op een dag vloog François naar de scherpe heuvels. Vijf jaar later liet hij
xxxxtien tranen. Verjaagd uit de ‘Makkabeeën van Hispaniola’ bezocht hij
xxxxde nieuwe alliansie te Mexico. Verzekerde van 1914 tot 1918 de nasionale
xxxxonafhankelikheid in Olifantië. Werd verraden, ontmaskerd, gekruisigd,
xxxxbespuwd en beschuldigd van maçonniek Manicheïsme en Ventologie.
Ventenvriendschap brengt geluk.
Geen roeigezwoeg, geen voetnoot en geen schoenen aan.
De levensnacht blijft niet van geest gespeend. Iets wordt gedeeld. Onze broeder
xxxxSus is goed geplaatst.
Da’s de Waarheid.
De loterij is het hele punt. Domino van ’t gescheiden leven – Geestelik en tijdelik
xxxxbarema. Geloofd zij de hipostaze – Sofie.
François roerde alles om in een vurige dubbele Tee. Fascinerende
xxxxmorgenster.
En hij is het best geplaatst omdat hij zo schriel is.
Pomp in ’t bekken der Maatschappij. – De lamp van de venten is de zon
xxxxgelijk beschreven. De broodjes die getikte echtgenotes roosteren
xxxxworden in het kreupelhout verwarmd.
Voel het spoel en spoel het terug, in april geen gril. De navel een verplaatste
xxxxpince-nez.
Edouard – Richard.
Suske neemt de duivel bij de lurven, heel kurieus die neus geeft alles prijs.
Duizend obussen teruggeschoten. 700 voor het rad van Onfortuin.
Maar de verlichte vent die straalt. Teruggevonden zijn gecharmeerd
xxxxportret in witte hostie ’t is de laatste keer voor de gekeerde goudvis.
De Weg is Weergaloos. Het is de preek van het fin de siècle. Cocottes met
xxxxschort de hort op richting grote Loterij. Wat is François toch
xxxxgalant, zoon van ’t Nest – Zilveren appelboom – Bibi.
Het centrum is gevallen, zegt Suzanne.
Zieneres, streel mijn bles.
Onbezorgd pakje van de weerhoofdstuit (immer vliegen de engelen) zegt
xxxxGod: Hebbes.
Zwelg over berg en dal, sterf – Kristus en zijn Baby’s. Het nihil zit niet in
xxxxhet misplaatste maar beschadigde vakje. Bij plaatsgebrek gaat alles
xxxxweg François en Mimi giechelen.
Volgende zomer bij warm weer zal God door de straten wandelen en wij
xxxxzullen hem begroeten. Die uitgehongerd zijn hebben vanillesmaak,
xxxxdat is de leer van kaneel.
Mijn land is verplaatst.
De bisschoppen luiden de Liebigse Metten. In het Grand Hôtel van de
xxxxventen zitten de ouderen er warmer bij.
De moordenaar is de dodelike bliksem gevolgd. ’t Is ’t fluweel, de boter, ’t is
xxxxde kribbe, de bres, de gepralineerde melk met goud gespekuleerd.
Geeuwt hij de gouden eeuw, de grote tovenaar en de gekapte fee –
Gitaar en luit – bankroet maakt weinig uit.
Bewonder zijn meegaandheid – afgeschraapte geestigheid.
De hem toegegooide bezem ingeslikt, Afrika gans ingeblikt. De koningin
xxxxgereïncarneerd. Geef haar snel die nachtmuts, heus wat een neus!
xxxxJudas gerehabiliteerd.
Een immense mantel van loshangend haar, de lokken geweven.
Alle autoriteiten ten val en niemand treft schuld. Na het villen staat het
xxxxbedjuweel niet weder op.
Zegt de vent François: Joden zijn gewiekst. Potverkeerd en gestudeerd.
Passe-partout – antikrist wordt Fiasco.
Jéramie woont in een oud ventje: Alvorens de haan zal kraaien moet ik
xxxxpissen.
Op de toren de snelste weg verloren.
Extra’s – wij voeren oorlog – Tijdschrift – Als ze u de deur uit gooien, kom
xxxxdan langs het raam weer naar binnen.
’t Zijn geen uiers, geen kazuifels. God is mechanies.
Op de bodem rust het ware ingeschapen leven, gevangen zuchten,
xxxxjehovitiese asem, schijtbak van het eeuwige.
Sterven is verlossing, geen teloorgang. De consommé van Vincart
xxxxteruggeven aan de geest van de gebarsten kom. Gevlucht naar het
xxxxgans uitgewiste, laten wegvloeien, bol staan, uitstorting van vingers,
xxxxgul gebaar richting volheid. Paraplu, paravent, soldatenmijter. En
xxxxgij allemaal agenten van de dood.
Alle vermenselikte koeien keren weer tussen de planken van de cenotaaf.
Geloofd zij deze weldoende zuivering. Wanneer het koeienleven uit dat
xxxxuitschot is verdwenen, is ’t overal weer heel schoon weer.
Zuivering, beproeving zult ge bedoelen. Om het even. Ik ga twaalf jaar
xxxxin de woestijn leven, op witte kanaries jagen, iets opsteken van de
xxxxlichaamsas en de geheime zwengel. Ha! Waren we niet zo lui dan zagen
xxxxwe de mannelike struik de traditie van het runderras voortzetten,
xxxxmet als gevolg een vermenigvuldiging der Tropen in het koor van
xxxxmagere koeien die zingen van Leve de studenten, moedertje! Doch
xxxxGod verheugt zich, want de vuurrode nok van bouwwerf Hemel West
xxxxbarst van de duivels. Hij moet er hard om lachen terwijl hij in zijn
xxxxsloffen schiet. In Petrus’ boek staan beestige pekelzonden.
xxxxDe grote spons die sponst en sponst!
Ze pletten de suiker, open uw paraplu.
Na de bicepsen het ingewand der darmen – maar François vaart uit tegen
xxxxde afvoer van ’t Afvoermetaal.
Vloeibare amber – Hars – Donderontlading – Voltaire –
xxxxVolta – Magneet – Voluntair – Volontas –
Elektrovitaal – Elektromagneet.
Elektrolizeert de in- en uitgang naar de god.
Batterijen die buitelen in vonken – Truk.
Verlossing – Petroliumswing – Optissimi.
xxxxZie, de vent straalt alweer.
Vertaling: Piet Joostens 2009, met dank aan Matthijs de Ridder en Rokus Hofstede. Bij de vertaling werd hier en daar de spelling-Kollewijn gehanteerd.
- Hypostase: bijzonder niveau van zijnde; elk der personen van de Heilige Drievuldigheid.
- Savigny: danstent in het Antwerpse Statiekwartier. Er bestaat een tekening van Paul Joostens uit 1919, ‘Au dancing Savigny à Anvers’, bewaard in het Musée d’Art moderne van Parijs (Centre Pompidou).
- Olifanties, Olifantië (langage Eléphantide, l’Eléphantide): Vlaams, Vlaanderen.
- Te Deum: katholieke hymne aan de Heilige Drievuldigheid, traditiegetrouw gezongen op de Belgische nationale feestdag (21 juli) en op Koningsdag (15 november) tijdens de gelijknamige misviering ter ere van de koninklijke familie.