nY #22 is verschenen: Uitwegen

Onlangs verschenen, op papier en digitaal:

 

front nY 22 back nY 22

Inhoudsopgave en bestelinformatie

 

Uitwegen

 

Een aangewaaide anekdote: tijdens de introductie van het spelprogramma Blokken werd een lerares Nederlands gevraagd of zij zich ook had laten verleiden door de hype rond 50 tinten grijs. De vrouw zei de boeken graag gelezen te hebben, maar voegde er snel aan toe dat het hier geen ‘echte literatuur’ betrof.

Een aangewaaid artikel: naar aanleiding van de bekroning van de roman La Vérité sur l’affaire Harry Quebert van Joël Dicker met de Grand Prix de l’Académie française, en dat terwijl de roman literair een lichtgewicht zou zijn, vroeg de Volkskrant (8 februari 2014) aan zes jonge schrijvers ‘wat het verschil is tussen een goed boek en literatuur – als dat verschil al bestaat.’ Volgens alle auteurs is er wel degelijk sprake van een verschil: een goed boek is niet per se literatuur, en literatuur betekent niet noodzakelijk een goed boek. Daarnaast is er een onderscheid tussen wat gewoon een goed boek is en wat goede literatuur. Wat dat verschil juist is, lijkt elke lezer voor zichzelf te moeten uitmaken, een standpunt dat exemplarisch verwoord wordt door Jamal Ouariachi:

Anno 2014 is iedereen zijn eigen expert. Niets houdt de individuele lezer tegen zijn eigen leesgeschiedenis vorm te geven. Zijn eigen canon op te bouwen. Te schakelen tussen de klassiekers van toen en de bestsellers van nu, tussen onversneden thrillers en plotloze romans over de zoektocht naar zingeving. Literatuur is vrijheid.

De lezer is dus zijn eigen autoriteit (hij mag lezen wat hij wil), maar tegelijk erkent hij wel iets als het instituut van dé Literatuur. Maar wie heeft er vervolgens beslissingsrecht over dat instituut? Opnieuw diezelfde lezer?

*

De hedendaagse lezer heeft meer kanalen dan ooit om boekenadvies in te slaan. Niet langer berichten enkel kwaliteitskranten en -weekbladen over literatuur, maar ook glossy’s en gratis kranten als Metro. Er is de opkomst van internetkritiek waarop professionele critici (bv. De Reactor) of studenten (bv. Recensieweb) kritieken plaatsen, alsook die waarop peers leestips uitwisselen (bv. iedereenleest.be). Daarnaast geven commerciële bedrijven als Amazon boekenadvies via de omweg van het koopgedrag: people who bought X, also bought Y.

Deze versnippering van autoriteit zorgt enerzijds voor een emancipatie van de lezer, die niet langer van één bron afhankelijk is, maar leidt anderzijds tot een voortdurende onderlinge aantasting van de verschillende autoriteiten. Zo vermeldt Ouariachi: ‘Een boek dat door critici wordt afgekraakt, krijgt in De Wereld Draait Door een tweede kans (“Zo’n recensie is ook maar een mening”).’ Anders gezegd: de enorme hoeveelheid en verscheidenheid aan meningen lijken vooral de relativiteit ervan te onderstrepen. Of nog: iedereen heeft autoriteit, en daardoor eigenlijk niemand. Op die manier lijkt het er wel op dat de vertegenwoordigers van de literatuur net zomin willen ingrijpen in ons persoonlijke leven als de gemiddelde sterveling. Wie durft een ander immers nog goede raad te geven, zonder er meteen op te laten volgen: ‘maar jij moet natuurlijk kiezen wat voor jou het beste lijkt.’

*

Voor nY #22 stelde Hans Demeyer een dossier samen dat een weg uit de literaire impasse van relativiteit zoekt: door de roep om literaire en ethische autoriteit serieus te nemen, door niet op te houden bij het gevoel en de beleving, door het belang van literatuur onder woorden te brengen en de ingenomen positie te omkleden met argumentatie.

Veertig auteurs en critici (19 vrouwen, 21 mannen) werd gevraagd om nog eens onbeschaamd als gids op te treden en te definiëren wat goede literatuur is. En om dat literatuur nooit losstaat van de werkelijkheid vroegen wij ook naar het verband tussen die definitie en hun ideeën over een juist en ethisch leven. We verlangden daarbij geen klaagzangen over de marginalisering van de literatuur of het gebrek aan bewustzijn over de traditie, maar affirmatieve antwoorden op vragen als: waarin ligt de ethische autoriteit van wie over literaire autoriteit beschikt? Waarin bestaat de maatschappelijke activiteit van literatuur? Welke existentiële betekenis dient zij? Welke kritiek kan zij inhouden? Welke impact kan zij hebben op ons bewustzijn en ons dagelijks bewegen in een wereld tussen anderen? Heeft zij een empathische waarde of vormende kracht? Omdat het doel niet is te komen tot een lijst met goede boeken, maar wel tot een revue van verschillende opvattingen en standpunten, vroegen we om visies en posities die verder gaan dan een enkele lees- of schrijfervaring.

Vijftien literaire spelers waren genegen om aan dit nummer mee te werken. De een kiest een politiek of sociaal-economisch perspectief, een ander zet in op de ongebreidelde mogelijkheden van de literaire ruimte of op het engagement van de lezer, terwijl een derde opteert voor het nauwgezet aftasten van de (on)mogelijkheden in het dagelijkse bestaan. Het overzicht dat nY hier biedt, bestrijkt vanzelfsprekend niet het gehele veld van de Nederlandstalige literatuur – ook dit nummer is het gevolg van allerhande toevalligheden en omstandigheden. De teksten worden alfabetisch gepresenteerd om hun lezers niet te willen sturen, behalve richting meer debat en meer welomschreven posities.

*

Buiten het dossier om wijst gastarbeider Frank Keizer ons in twee nieuwe reeksen op het gebrek aan normale omstandigheden en reëel bestaande -ismen: ‘verbijstering en woede alom, scherpe analyses, / zo kan het niet langer, maar het probleem blijft / dat we niet vooruitkomen’.

De beeldbijdrage komt van Walter Swennen. In de (schilder)kunst gaat het erom een idiote gegrepenheid door de wereld uit te diepen – iets dergelijks zou je kunnen denken bij Swennens werk. Zijn schilderijen, tekeningen en tekstwerken zetten een geraffineerd-oppervlakkig spel op met de ‘materialiteit’ van de betekenaar. Het poëticale of kunstfilosofische is dan niet iets waarover men meesterschap heeft, maar is materiaal zonder privilege naast ander materiaal, altijd al verbeeld, en in het geëxploreerd in haar associaties en non-sens.

266 pp. Te koop vanaf begin juli in de betere boekhandel (€9) of als digitaal e-tijdschrift (€5). Bestellingen losse nummers en abonnementen, zie het formulier.